‘Ik wil ook wel kiezen voor wat jij deed. Maar dan wil ik wel de tijd vooruit kunnen zetten. Gewoon tien maanden fast forward. Ik wil niet al het gedoe eromheen.’ Gisteren moest ik weer denken aan het gesprek wat ik had vorig jaar op de kermis.
Het ging over relaties en over de vele situaties waarin we ons vastzetten. Vaak zonder dat we het bewust zijn. Ook hij wilde wel anders maar niet graag genoeg. De wet van oorzaak en gevolg. Elke actie vraagt een reactie. Elke keuze heeft een gevolg.
Die gevolgen kunnen een vorm aannemen die je nu nog niet kunt zien.
Vooraf kun je je bedenken hoe het zal zijn, hoe zou kunnen gaan. Op basis daarvan stap je al terug voor je überhaupt een stap hebt gezet. De open ruimte, als de witte onbeschreven regels op een blad. Het nieuwe lonkt maar het voelt ook eng.
Misschien heb je zelf ook wel iets wat je anders zou willen doen maar voelt het eng of te spannend.
In je hoofd kun je een keuze en de gevolgen zo groot maken, en zo onoverzichtelijk dat je eigenlijk al niet meer anders kunt dan terug stappen. De keutel weer intrekken. Ik heb er zelf ook voorgestaan. De keuze, wat doe ik?
Natuurlijk heb ik mijn zorgen en bezwaren heel vaak door mijn hoofd laten gaan. Omdat ik op sommige stukken echt in het donker zat. Moest ik niet nog iets aan gaan? Spoken uit het verleden aankijken misschien? Had ik niet dit of dat. En steeds weer kwam ik terug op hetzelfde punt. Ik moest een beslissing nemen. En dat kiezen gaat niemand voor je doen.
Niemand gaat die hete aardappel uit de lucht halen voor je.
Uiteindelijk ging ik het aan. Weet je waarom? Omdat iemand me zei dat ik een betere moeder zou zijn voor mijn kinderen. Dat ik ze vanuit de nieuwe situatie beter zou kunnen begeleiden. Dat was tevens het moment waarop ik brak. Omdat ik mezelf tot dan toe vertelde dat ik juist geen goede moeder zou zijn als ik zou kiezen voor mezelf.
Ik leerde om het los te zien.
Hun vader is een geweldige man. Zo niet, dan hadden hij en ik geen kinderen gekregen. Kinderen die ZO bedoeld zijn nu, in deze tijd. En ik die er zo mag zijn, helemaal. En ik voelde ik dat er niet helemaal kon zijn in de oude situatie.
Door te blijven hield ik tegen wat er kon ontstaan.
Niet alleen mijn hoogste doel, maar ook dat van mijn kinderen en ook dat van hem. Ook al zou hij dat door boosheid, angst en verdriet niet gelijk kunnen zien. Er zijn momenten geweest waarop ik me echt afvroeg: waarom moet dit zo gaan?
Er is geen moment geweest waarop ik twijfelde aan mijn keuze. Dat is wel een vraag die me heel vaak is gesteld. ‘Heb je nooit getwijfeld?’ Nee, dat heb ik niet. ‘Ben je niet bang dat je er slechter uit gaat komen?’ Ook dat is niet in me opgekomen, het is simpelweg nooit een optie geweest.
Altijd is er dat vertrouwen.
Het diep geloof dat er een plan is voor mij. Het plan wat vraagt van mij om te gaan lopen. Een weg die hobbels kende, een weg die soms heel fijn en open voelde en op sommige momenten ook ineens veranderde, zo leek het wel.
Momenten waarop ik voor gek werd verklaard maakten plaats voor momenten van waardering. Momenten waarop de vader van mijn kinderen keek vanuit angst maakten plaats voor respect. Dit had ik niet kunnen bedenken vooraf. Doordat ik vertrouwen hield en me niet van de wijs liet brengen door iedereen die het anders zag dan dat ik het voelde.
‘Je moet veel harder tegen hem zijn.’
Ik heb heel wat momenten ingeslikt wat ik eigenlijk wilde zeggen. Van me af wilde bijten. Eenmaal thuis gaf ik dat gevoel de ruimte. Mijn eigen verdriet. Maar ik bleef wel staan.
‘Neem maar een eigen advocaat.’
Vanuit de oude denkwijze had ik dit kunnen kiezen. Dit past niet bij wie ik ben. Ik heb steeds gevoeld: wat is mijn waarheid? Wat is echt en wat niet?
En nu…een hele tijd later kan ik zeggen dat ik blij ben met de keuzes die ik maakte. Liefst doe ik niemand pijn. Ik wist alleen wel dat ik hier niet omheen kon. Dat is iets wat ik mag dragen, mijn lot. Waar ik zelf mee in het reine komen mag. Hoe steviger ik sta voor én in mijn waarheid, voor wie ik ben, voor wat ik wil uitdragen, voor wat ik mijn kinderen mee wil geven…hoe meer dat ontstaat wat mijn hoogste doel dient.
Ik ben oké.
Voelt die ruimte niet eng? Ja soms wel. Mis ik mijn kinderen niet als ze bij hun vader zijn? Jawel. Ik weet dat ze het goed hebben. Door te blijven vertrouwen en acties te blijven nemen is er nu zoveel meer mogelijk in het onderlinge contact.
Is het voor jou ook tijd om jezelf vrij te laten? Zodat de ander ook de ruimte kan nemen om te zijn wie hij of zij is? Mail me.